top of page

Janine (33)

was nog niet geboren toen haar vader betrokken raakte bij een ernstig auto-ongeluk. Hij lag maanden in coma en heeft de rest van zijn leven in een sociaal isolement geleefd.

​

'Mijn vader heb ik nooit gezond meegemaakt. Hij rookte altijd veel, slijm stroomde uit zijn mond en hij zag er gewoonweg niet hygiënisch uit. Toch was ik eigenlijk wel gek op mijn vader, maar dit veranderde toen ik een jaar of zeven was. Een vriendinnetje zei: "Jouw vader lijkt net op een monster!".

 

Zij was ook nog  een kind dus het was natuurlijk onschuld, maar daardoor ben ik wel anders naar hem gaan kijken. Ook was hij agressief, wat ervoor zorgde dat ik een beetje bang voor hem werd. Een ingewikkelde relatie dus. Maar het was wel mijn vader. 

​

Drie maanden na mijn geboorte besloten mijn ouders uit elkaar te gaan. Hij heeft heel lang op zichzelf gewoond. Op een gegeven moment ging het niet meer en moest hij uit huis. Hij was de eerste bewoner die in het tehuis kwam en heeft daar ruim twintig jaar gewoond. 


Euthanasie

​

Via de huisarts probeerden mijn vader en ikj al euthanasie te regelen. Maar het ding met mijn vader was, zodra de huisarts vroeg hoe het ging antwoordde hij: "Goed hoor!".Ja, dan word je natuurlijk niet geholpen. Uiteindelijk is er een aanvraag gedaan bij de levenseindekliniek. 

Een maand later was het gebeurd.

 

Dit was zo'n onnatuurlijk gevoel. Door zijn ongeluk was hij mentaal ook geschaad en kon hij telkens andere dingen zeggen. Ik als dochter moest mijn vader begeleiden om uit te leggen dat hij echt dood wilde. 

​

Op dat moment was dat het grootste cadeau dat ik hem kon geven. Toch was het een tweestrijd: 
ik wilde het voor hem, maar het kind in mij hoopte dat zij de aanvraag zouden afwijzen. 


Je zit tussen je emotie en je ratio in. Diep vanbinnen was ik er namelijk helemaal niet klaar voor. 

Het gekke was vanaf het moment dat er een datum vaststond papa vrolijker werd. Alsof er een last van zijn schouders afviel. Terwijl het met mij juist slechter ging. 

​

Werken lukte niet meer, maar hierdoor kon ik wel elke dag bij hem langs. Mijn vader had in het tehuis zijn dagelijkse activiteiten. Dan ging hij van half 12 tot 4 muziek luisteren.  Zo ook op zijn allerlaatste dag. Ik dacht: waarom wil je nu niet bij mij zijn?!  Toch ging hij naar het activiteitencentrum. Dat was zijn ding.  Zijn uitlaatklep om even geen pijn te hebben.

​​

Ik moest een volwassen versie van mijzelf zijn waar ik nog helemaal niet aan toe was. Ik was aan het aftellen. Stapte ik in de auto en dan wist ik dat ik over een paar uur geen vader meer zou hebben. Het rare was nog dat ikzelf de veroorzaker was van dit hele gebeuren. Er was niemand die begreep waar ik doorheen ging. 

 

 


In de ochtend van de dag dat hij stierf moest ik huilen. Papa zat in zijn rolstoel en troostte mij. Dat is de enige keer geweest in mijn leven dat hij dat deed.

​

Alles regelen

​

Omdat ik alleen was moest ik alles zelf regelen. De financiën, zijn huis leeghalen, de erfenis. Zorgen dat alles klopt. Ik vond dit ontzettend eenzaam. De euthanasie was gepleegd en na vijf dagen vroeg niemand meer hoe het ging. Alsof het goed was. Maar ik had nog steeds mijn vader verloren.  

Wellicht is dit stom en naïef, maar mijn vader vertelde mij dat als hij doodging hij naar de hemel zou gaan. Ook al geloof ik daar helemaal niet in. Maar toch ontstond het idee in mijn hoofd dat hij zou opstijgen als hij overleed. Dat gebeurde niet. Hij was dood. Hij zweefde niet.

​

Het feit dat ik hem heel erg miste en de gedachte dat het beter was dat hij er niet meer was zorgde voor kortsluiting in mijn hoofd. Allerlei dingen vanuit mijn jeugd kwamen naar boven. Hierdoor werd ik overspannen en kwam ik in een zware depressie terecht.

​

Het internet stond vol met verhalen dat rouw na euthanasie makkelijker zou zijn. Een verlossing zelfs! Nou, dat was het voor mij helemaal niet. Hier liep ik verschrikkelijk in vast.  Voor anderen was het goed zo, terwijl het voor mij allemaal nog moest beginnen. Er was  geen tijd voor mij om het verdriet toe te laten. Dit kwam later pas. 

​

Rouw

Ik stortte mij zó in het regelen van alles om maar ergens grip op te hebben. Want ik had nérgens grip op. Ergens had ik altijd hoop. Hoop dat hij ineens de vaderliefde zou geven die ik niet kende. Hopen op iets wat er nooit was en wat er nu ook nooit meer zou zijn.

​

De laatste dagen waren zo intensief. Wij hebben elkaar op een andere manier leren kennen en ik heb er echt van genoten. Tegelijkertijd werd hierdoor het gemis groter. Het feit dat wij wisten dat het eindig was, maakte dat wij meer ons best deden. Wat wij anders misschien niet hadden gedaan.

​

Wat ik mee wil geven is iets wat ik zelf miste als rouwende dochter. Dat de pijn na euthanasie ook aanwezig is. Dat het niet slechts een gevoel is van het is beter zo. Het kan ook ontzettend veel pijn doen.  Praten deed ik er niet per se veel over. Een hoop mensen begrijpen het gewoon niet. Wellicht dat lotgenoten fijn waren geweest, maar ik wens dit mensen nou niet echt bepaald toe, haha.'
 

bottom of page